werkzaam van 1894 tot 1905 als docent, daarna professoraat bij de Technische Hogeschool Delft; maakte ontwerpen voor kunstnijverheid en grafische kunst (Scheen 1981)
Bronnen
Allgemeines Lexikon der bildenden Künstler des XX Jahrhunderts [Vollmer], Vollmer 1953-1962, vol. 5 (1961), p. 521
Nederlands zilver 1815-1960, The Hague 1960, p. 15 en passim
Nieuwe kunst : de Nederlandse bijdrage tot de Art Nouveau : dekoratieve kunst, kunstnijverheid en architektuur omstreeks 1900 [1966], Gans 1966, p. 26 en passim
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars, 1750-1950 [Scheen, 1969] [2-delig], Scheen 1969-1970
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars, 1750-1880 [Scheen, 1981], Scheen 1981, p. 167
Zilver : catalogus van de voorwerpen van edelmetaal in de collectie van het Museum Boymans-van Beuningen, Ter Molen 1994, p. 44, 386, 388, 625, 626
Van neorenaissance tot postmodernisme : hondervijfentwintig jaar Nederlandse interieurs 1870-1995 = from neo-renaissance to post-modernism : a hundred and twenty-five years of Dutch interiors 1870-1995, Bergvelt et al. 1996, p. 30, 54
Allgemeines Künstlerlexikon : die bildenden Künstler aller Zeiten und Völker [Saur], Saur 1992-, vol. 55 (2007), p. 133
Literatuur
L. Thijsse, 'Rond een plafond van Gips. Abraham Frans Gips (1861-1943. Een ontwerper in Delft rond de eeuwwisseling', Antiek 30 (1996), p. 444-455
B. Maliepaard, 'Schone slapers in de historische collectie, Abraham Frans Gips, Johannes Josephus Aarts', in: Bulletin Stedelijk Museum Schiedam 9 (2005-2006), nr. 5, p. 13-16
J. Hilkhuijsen, 'De 'alleskunner' A.F. (Bram) Gips (1861-1943)', Delfia Batavorum jaarboek 25 (2015), p. 163-176
Opleiding
Polytechnische School (Delft)Polytechnische School (Delft), Delft 1879-1881; Parijs 1882; Antwerpen 1884-1885; Brussel 1885-1886
Academie AntwerpenAcademie Antwerpen
Académie des Beaux-Arts (Brussel)Académie des Beaux-Arts (Brussel)